In 2050 woont 66% van de wereldbevolking in de stad. Dat heeft uiteraard een impact op hoe we met z’n allen gaan winkelen en vooral waar we onze centen uitgeven. Net zoals andere grote retailers, laten grootschalige warenhuizen zoals Ikea, Macy’s of Decathlon de kans niet liggen om een winkellocatie te openen in het stadscentrum. Hoe overbruggen zij de afstand tot de consument en hoe kan ook jij  jouw winkelnetwerk winstgevender maken?

Minder oppervlakte, zelfde omzet

Gezien de uitdagende economische omstandigheden, zijn kleinere winkelformaten dé oplossing om met minder winkel-vierkante-meters dezelfde omzet te draaien. Zo hoeft er niet onderhandeld te worden over een huurcontract van honderden vierkante meters of kan er uitgekeken worden naar een ander pand dat beter dienst doet om dichter bij de consument te komen. Ook de dalende personeelskosten zijn een positief gevolg van het herdenken van je winkelformaat, aangezien er minder voltijds personeel nodig is om de klant op die locatie verder te helpen.

Ikea etaleert een doorgedreven efficiëntie in een ultra small pop-up, plan & order points genoemd. Het uitgebreide productaanbod waar ze bekend voor staan, wordt ingeruild voor een apart concept met eigen aanbod. Dit is veel beperkter en heel erg gericht op wat consumenten in de stad vandaag nodig hebben. Niet alleen de integratie met online is belangrijk in deze mini shops, maar vooral het geven van advies. Een expert helpt de klanten op een persoonlijke manier zodat hun aankopen in een Ikea winkel of in de online shop heel nauw aansluiten bij wat ze verwachten. Ook andere experimenten lopen in Engeland voor Ikea om dichter bij de klant te zijn en blijken heel succesvol te zijn.

Dichter bij de klant: een efficiënt verzorgingsgebied

Kleinere winkellocaties liggen op kortere afstand van waar de klant leeft. Ze liggen letterlijk dichter bij de leefwereld van de klant in de stad. Dit zorgt er niet alleen voor dat klanten zich minder ver moeten verplaatsen om naar jouw winkel te komen, het opent ook nieuwe opportuniteiten in je verzorgingsgebied.

• Weet jij al waar je nieuwe klanten wonen?
• Hoeveel marktaandeel heb je in die delen van de stad?
• Waar zitten jouw witte vlekken?

Een kleinere winkelformule vraagt vanzelfsprekend om het herdenken van je productaanbod. Het kan bovendien de meest efficiënte manier zijn om nieuwe verzorgingsgebieden te bereiken die nog niet ontgonnen zijn.

Aan de andere kant van de oceaan zien we dat de winkelketen Kohl’s in Seattle vaak net hun grotere winkels sluit. In plaats daarvan openen ze kleinere winkels, waarin ze een groot deel van hun aanbod hebben geschrapt. Ze ontdekten dat de consument op die plaatsen vooral op zoek is naar vrijetijdskledij, hun meest winstgevende productcategorie, en zo richtten ze hun winkels dan ook in. Bovendien gingen ze een partnership aan met Sephora, waardoor er een make-up in-store concept bovenop komt. De beauty brands in deze Sephora shop-in-shop, zien de voordelen van een groter bereik én een nieuw klantenbestand.

Het halo effect: een fysieke winkel betekent ook meer online sales

De meerderheid van de retailers die een nieuw en kleiner winkelconcept lanceert, doet dat door ook meer in te zetten op hun omnichannelnetwerk. Je online verkoop stijgt namelijk aanzienlijk in die gebieden waar je ook fysieke winkels hebt. Het halo effect wordt gegenereerd in jouw primaire en secundaire verzorgingsgebieden: extra zichtbaarheid van je merk dus via de nieuwe stadswinkel.

In MediaMarkt Smart, momenteel nog exclusief in Italië, maar in 2024 ook in België en Nederland, kan je als klant producten bestellen via een terminal in de winkel of online aankopen in de winkel laten leveren. Het winkelconcept heeft een optimale digitale integratie en focust opnieuw op adviesverlening. Uitzonderlijk aan MediaMarkt Smart is dat ze ook dienen als pick-up points voor een snelle bezorgdienst.

In ons webinar ‘het meest winstgevende winkelnetwerk’ bespraken we nog veel meer inspirerende nieuwe winkelconcepten.